Bert mailt me en vraagt hoe hij kan ontdekken of zijn date De Ware is. Hij stuurt me een bijlage mee met het verzoek die te lezen.

Ze zijn nu zo’n kleine drie maanden samen; hij en Elza. Ze zijn na een aantal keren daten zo langzamerhand in een beginnende relatie beland en dat ze elkaar een paar keer per week zien. Hij vertelt dat ze het leuk en gezellig hebben samen. Dat ze genieten van de wandelingen en fietstochten. Net zoals ze het leuk vinden om samen lekker te koken.

Een avond samen bestaat meestal uit een goed gesprek, soms bezoek van een van de kinderen of kleinkinderen, een goede film of mooie documentaire op de TV. Ze genieten ervan daarover na te praten en ieder zo hun bespiegelingen erop los te laten. Soms zijn ze het eens, soms ook blijken ze heel anders naar een situatie kijken. Ze verbazen zich regelmatig over de verschillen en genieten van de overeenkomsten die ze dan ontdekken.

Past ze bij mij? Of beter: pas ik bij haar?

De vraag die Bert zich stelt is wat hij ‘moet’ met zijn gevoel dat er soms dingen zijn die hem doen twijfelen. Hij vraagt zich dan af of Elza en hij wel de ideale match zijn; of ze ook op de lange(re) termijn gelukkig zullen zijn en blij met elkaar.

Hij merkt dat aan de kleine teleurstellingen die hij af en toe oploopt. De momenten waarop ze verbaal heel direct reageert en hij zich daar wat ongemakkelijk bij voelt. Of die keer dat zij weinig belangstelling toonde voor iets wat hij ontroerd liet zien en dat zij te gemakkelijk en te achteloos afdeed, omdat ze er niets mee had.

Elza zegt regelmatig hoe bijzonder het is om zo met elkaar van het leven te  kunnen genieten en is daar overduidelijk heel blij mee. Ze laat merken dat ze verliefd is. Dat doet Bert goed. Het laat hem zien dat er veel te winnen is met elkaar en wil daarom goed kijken naar het perspectief dat in de relatie zit. Toch is Elza af en toe ook kritisch en geeft aan dat ze zijn gevoel voor detail soms iets teveel vindt. Ze vindt het ook jammer dat hij niet zo goed aanvoelt wanneer het voor haar wel ver genoeg uitgediept is.

 

De vraag of ze, ondanks de kleine hobbels of ergernissen, goed bij elkaar passen, vloeit hier logischerwijs uit voort. Zeker in deze fase van hun contact. Het is nog steeds aftasten; ontdekken hoe de ander is op allerlei momenten en in verschillende situaties. En dan voelen hoe dat voelt. Of het fijn voelt, of je er blij mee bent, of je het zo wilt, of je daarvoor kunt en wilt gaan.

Wat daarbij een graadmeter kan zijn, is het voelen wat je aan het doen bent of wat er gebeurt. Ben je op elkaar aan het afstemmen? Ben je aan het aanpassen of ben je aan het inleveren?

Elke fase heeft zo z’n kenmerken, brengt een bepaald gevoel boven. En in alle fases kun je je telkens afvragen waar jij je goed bij voelt, of dit is wat je wilt, of je kunt zijn en blijven wie je bent en of het binnen voor jou aanvaardbare grenzen is.

 

Bert heeft aan de hand van die manier van voelen hoe hij het contact met Elza ervaart, zijn twijfels om kunnen zetten in een duidelijk antwoord op de vraag of zij bij hem en hij bij haar past.

Wat gebeurt er bij jou als je jezelf deze vragen stelt over je date of je partner?

 

Wil je in een persoonlijk coachingsgesprek eens uitdiepen of ontdekken wat er bij jouw vraag, dilemma of situatie speelt of van belang is? Reserveer dan hier een coachingsgesprek en krijg de inzichten die je verder brengen.